Herverdeling van Europese vangstquota alleen al in Nederland goed voor € 101 miljoen meer winst en 4200 extra banen

Uit een nieuwe economische analyse van ruim 200 Europese vissersvloten is een verborgen potentieel voor veel meer banen en winst naar voren gekomen. Het onderzoek, dat vandaag wordt gepubliceerd door de New Economics Foundation (NEF), laat zien dat een slecht beheer van de Europese visbestanden en vangstquota banen en winst kost. In het rapport worden de voordelen benoemd van de heropbouw van de visbestanden in het Europese deel van de Noord-Atlantische Oceaan en van de herverdeling van vangsquota ten gunste van vissersvloten die duurzamer werken en meer banen creëren.

Momenteel worden de quota toegewezen op basis van historische vangstcijfers, waarbij de grootste vloten, die ook de omgeving de meeste schade toebrengen, in het voordeel zijn. Er wordt niet gekeken aan naar de sociaal-economische en milieu-aspecten. Herverdeling op basis van andere economische en milieucriteria – van nieuwe banen tot het brandstofverbruik – in combinatie met een duurzaam visserijbeheer, is veel beter voor de economie:

  • Wanneer er meer vangstquota worden toegewezen aan vloten die minder CO2 per ton aan land gebrachte vis uitstoten, levert dat 14.584 meer banen op en wordt er 624.000 ton CO2 per jaar minder uitgestoten ten opzichte van de huidige situatie
  • Wanneer er meer vangstquota worden toegewezen aan vloten die per ton aan land gebrachte vis meer mensen in dienst hebben, betekent dat 102.000 meer banen ten opzichte van de huidige situatie

Deze nieuwe gegevens zijn verkregen aan de hand van het Bio-economische model voor visserij in Europa (BEMEF), dat vandaag is gelanceerd en in de afgelopen twee jaar door NEF in samenwerking met wetenschappers en instanties in heel Europa werd ontwikkeld. Op basis van dit model werden 221 vloten geanalyseerd die goed zijn voor in totaal 73% van de in Europa aan land gebrachte vis.

BEMEF bekijkt wat herstel van de visbestanden tot een duurzaam niveau betekent voor een reeks parameters, zoals de vis die aan land wordt gebracht, inkomsten, werkgelegenheid, winst, lonen en CO2-uitstoot. BEMEF is het eerste model dat de economische effecten van de herverdeling van vangstquota over de verschillende vloten op basis van alternatieve criteria (banen, brandstof, winst, inspanning) inschat en niet alleen op basis van historische vangstcijfers.

Het model bevestigt ook de economische, milieu- en sociale gronden voor herstel van visbestanden tot maximale duurzame opbrengst (MSY):

–        2.052.639 ton extra vis per jaar, voldoende om te voorzien in de jaarlijkse vraag van 89,2 miljoen Europese burgers

–        1.565 miljoen euro extra bruto inkomsten per jaar

–        824 miljoen euro extra netto winst per jaar

–        Tussen 20.362 en 64.092 nieuwe banen

–        8.273 euro meer loon per jaar voor werknemers in de visserijsector

Conform hetzelfde model is men door het uitblijven van herstel van de visbestanden in de afgelopen 5 jaar goed in totaal 8,6 miljoen ton aan vangsten en 7,1 miljard euro misgelopen

Griffin Carpenter van NEF en ontwikkelaar van BEMEF, zegt: “Uit onze analyse blijkt dat het herstel van de visbestanden tegelijkertijd kan leiden tot meer banen, een hogere winst en hogere lonen. Ministers verkwanselen een enorm economisch potentieel doordat zij verzuimen om natuurlijke rijkdommen die van levensbelang zijn, duurzaam te beheren. EU-lidstaten kunnen rekenen op meer vis, meer winst en meer banen als zij voldoen aan twee basisvoorwaarden van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid: de visbestanden herstellen en rekening houden met sociale en milieucriteria bij toewijzing van vangstquota aan de vloot. Op beide punten moeten stappen gemaakt worden. Hoewel een aantal visbestanden verbetering laat zien, stelden de Europese visserijministers tijdens de raad in december de vislimieten voor 2015 in 63 procent van de gevallen vast boven de wetenschappelijk geadviseerde limieten; en er zijn maar enkele, zo niet geen lidstaten die zich serieus verdiepen in een alternatieve toewijzing van quota. Door alle gegevens, de resultaten en aannames toegankelijk te maken in ons nieuwe model hopen wij dat iedereen die te maken heeft met de Europese visserij, op basis van eerlijke kennis mee zal praten over de effecten van het herstel van de visbestanden en de herverdeling van de quota en de diverse mogelijke scenario’s. BEMEF heeft de potentie om uit te groeien tot een bruikbaar instrument, dat lidstaten in staat stelt om de Europese visbestanden te beheren in het publieke belang.”

Wat betekent dit voor Nederland?
Denemarken, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Ierland hebben er de meeste baat bij als de visbestanden op het niveau van maximale duurzame opbrengst worden gebracht omdat het merendeel van de quota voor de geanalyseerde visgronden en soorten aan deze landen wordt toegewezen. Duitsland, Spanje, Portugal en Polen hebben er ook groot voordeel van, maar niet zo veel als voornoemde landen.

Wanneer de visbestanden zich kunnen herstellen tot MSY, betekent dit voor Nederland 163.672 ton extra vis per jaar, voldoende om te voorzien in de jaarlijkse vraag van 8,3 miljoen Nederlandse burgers en 101 miljoen Euro meer winst wat goed is voor 4200 extra banen.

BEMEF_report_13march

Persbericht

Nederlandse visserij / foto: Corey Arnold
Nederlandse visserij / foto: Corey Arnold

De totale vangst van Nederland op jaarbasis bedraagt 364.964 ton. In 2014 waren er 848 visvaartuigen  en 2011, het jaar van de laatste telling, waren er 1768 banen* in de visserijsector    (*) Fte – equivalent van voltijdsbanen


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s